slim kind

Als je kind te slim is (of hoogbegaafd)

Als je kind te slim is (of hoogbegaafd)

“Goh Mies, wat doe jij nou eigenlijk met die kinderen? En met die ouders? En werkt dat dan ook?” Een veelgestelde vraag. Als ik met de directie van een basisschool om de tafel zit, bij lokale ondernemers op bezoek ga of op familiefeesten een bitterbal eet. Om geen ellenlang verhaal te houden – want ik doe een hoop – heb ik een selectie gemaakt van de drie meest voorkomende struggles waarmee ouders & kinderen bij Kinderpraktijk MIES komen. Vandaag lees je over struggle #2: als je kind te slim is (of zelfs hoogbegaafd). 


Dat moment waarop je slimme kind (nog meer) grote levensvragen gaat stellen

De negenjaarsfase kan je ook wel de wie-ben-ik fase noemen. Niet omdat kinderen deze grote vraag letterlijk stellen. Dat doen er niet zoveel namelijk. Maar omdat aan de binnenkant het grote zoekproces naar zijn echte ware zelf gestart is. En als je dan ook nog eens een slim kind hebt dat wellicht zelfs hoogbegaafd is, vereist dit proces toch net een iets andere insteek van jou als ouder. Je zal meer tijd en energie moeten steken in het leren begrijpen van je kind, zeker als jij jezelf niet als bovengemiddeld slim ervaart. 


Zoveel ingewikkelde vragen

Ik voorspel dat er ingewikkelde vragen uit jouw negenjarige komen. Voorbeelden zijn “waar was ik voor ik bestond”, “waarom zijn er slechte mensen”, “houdt de wereld ooit op” en “van wie houd je meer, van [broer / zus] of van mij”? Dat kan nog best wel schrikken zijn want jij bent een ouder en on the side wellicht ook nog verpleegkundige, account manager of engineer maar zeker geen afgestudeerd filosoof. 


Met je mond vol tanden

Dikke kans dat je met je mond vol tanden staat dus. En bovenop de kritiek die je in de negenjaarsfase sowieso over je heen krijgt als ouder – “mam doe niet zo gek!” of “jij hebt echt een dikke buik pap” – kan dat best wel veel zijn. En zo val je met een slim of hoogbegaafd kind als ouder patsboem van je voetstuk. En van je voetstuk vallen, dat doet pijn. Hoe je daarmee kan dealen, beschreef ik al eens in dit artikel


Allemaal innerlijke veranderingen die vragen oproepen

Terug naar die ingewikkelde vragen. Handig om daarover te weten, is dat alle vragen die je kind in deze fase stelt, dienen om zowel zichzelf als de wereld om zich heen beter te gaan begrijpen. Door de vragen die je kind stelt, krijg jij dus een inkijkje in zijn binnenwereld. Op een manier die een tikkeltje nieuw is en soms zelfs irritant omdat jouw hoofd niet de hele dag door staat naar filosofische vraagstukken oplossen. 


Neem al die vragen zo serieus als je kan

En toch wil ik je vragen om de vragen van je kind heel serieus te nemen. Omdat je op die manier laat zien dat je de verandering waar je kind in zit en zijn zoektocht naar zichzelf, heel serieus neemt. En nee dan bedoel ik dus niet dat je elke vraag beantwoord. Ik wil je aanmoedigen om goed te luisteren naar de vragen. En te erkennen hoe interessant die vraag is. Alleen hiermee al vergroot je de eigenwaarde van je kind en wordt ie een sterker persoon. 


Google is je beste vriend

En dan nu weer even praktisch. Mijn belangrijke en eerste praktische tips om te dealen met al die ingewikkelde vragen is: Google is je beste vriend. Toon je kwetsbaarheid als ouder door toe te geven dat je niet alle kennis paraat hebt waar je kind om vraagt. Da’s helemaal oké want in deze fase is je kind juist op zoek naar de echtheid in mensen om zich heen. Hij wil jou leren kennen, de persoon achter zijn ouder. Ga dus samen op zoek naar antwoorden. 


Zet je slimme of hoogbegaafde kind zelf aan het denken

Mijn tweede praktische tip is: zet je kind zelf aan het denken door vragen te stellen. Waarschijnlijk doe je dat al: “hoe denk jij dat het zit” of “wat weet je er al wél vanaf” en ook “wat vind je ervan dat…”? Dat zijn hele slimme en goede vragen. Ze doen een beroep op de cognitieve functies van je kind; het verstandelijke. Heel belangrijk voor je slimme kind is het om ook gevoelsvragen te krijgen die de emotionele kant activeren. Denk aan vragen als: “wat voel je als je hier zo over nadenkt” en “waar voel je dat dan? En actiegerichte vragen zijn ook handig “wat wil je met dit vraagstuk doen” en “wat ga je doen om dit op te lossen”? 


Mijn #1 aandachtspunt voor ouders van hoogbegaafde kinderen

Als ik met hoogbegaafde kinderen werk dan moedig ik hun ouders altijd aan om eens goed te kijken naar hun kind en de balans tussen enerzijds goede relaties opbouwen met anderen en anderzijds het vermogen om zichzelf te motiveren en zelfdiscipline te ontwikkelen. Die twee zijn niet altijd in balans bij kinderen die slim of hoogbegaafd zijn. Met als risico dat je kind helemaal geen vrienden heeft omdat ie het nut er niet van inziet. Of doorslaat in de zelfdiscipline en met 8 jaar al een perfectionist is. 


De oplossing: verbinding & aandacht

Met verbinding en aandacht kan jij je kind helpen om die balans te herstellen. Weet je nog, toen je kind klein was? Ik voorspel dat ie toen altijd en overal verbinding met jou wilde. Er was een tijd dat jij naar het toilet ging en hij er perse bij moest. Dat is anders nu. Je negenjarige is graag op zijn eigen plek en soms heb je geen idee waar ie precies uithangt (fysiek maar zeker ook mentaal). Het is anders dan vroeger, maar de behoefte aan verbinding is er zeker. Door voor één op één verbinding te gaan kan je je slimme kind helpen om de balans te vinden tussen in verbinding met anderen en op zichzelf zijn.


stap 1: ga iets doen waar je slimme kind van geniet

Stap 1 is dan ook dat jullie iets gaan ondernemen wat je kind superleuk vindt. Het is handig als jij er ook nog een beetje van kan genieten. Dus houdt je kind van Lego en is het jouw nachtmerrie? Of issie vooral into zijn nieuwe game maar voel jij geen enkel positiefs daarbij? Probeer het dan om te buigen naar een activiteit die voor jou ook nog leuk is. Tip: veel kinderen vinden een mooie taart bakken verrassend leuk. Het is voor jou ook de ideale activiteit, omdat je dichtbij je kind bent en zo kan speuren naar kwaliteiten om te benoemen. Hoe dat werkt?


stap 2: ga eens anders kijken naar je slimme of hoogbegaafde kind 

Wat jouw slimme kind echt nodig heeft, is dat je ‘m accepteert en waardeert ook met het specifieke karakter dat ie heeft. En dat begint met je beseffen dat er niet zoiets bestaat als goede of slechte eigenschappen. Alle mensen hebben eigenschappen die een positieve kant hebben, die we een kwaliteit noemen. En als we doorslaan in onze kwaliteit dan kan die ook een negatieve kant hebben, die we valkuil noemen. Hoe dit inzicht helpt? Op deze manier kan je kwaliteiten op sporen die je eerder nog niet zag.


stap 3: kwaliteiten van je slimme of hoogbegaafde kind opsporen

Dit is de actiemodus. Wat je doet: je gaat terwijl jullie bezig zijn met bakken, speuren naar kwaliteiten die je kind laat zien. Je zoekt ernaar als een detective, van het uitkiezen van het recept tot het uit de oven halen van het baksel. Heb jij een kind dat precies weet wat ie wil (mierzoet glazuur bovenop de koekjes) en vergeet om te checken of een ander het ook lekker vindt? Wat als je dat als enthousiast, gepassioneerd en levendig benoemd? En als je kind juist erg gevoelig is voor wat de rest van het gezin lekker vindt? Dat kan je als inlevend en empathisch beschouwen. Is jouw kind tijdens het bakken continu afgeleid? Noem het eens oplettend & met oog voor detail. Kan jouw kind erg koppig zijn en moet het recept perfect opgevolgd worden? Dat kan je ook als vastberaden en krachtig zien. 

Natuurlijk wil je kind zich gezien voelen. En daarnaast issie slim en kan dus de nodige uitdaging gebruiken. Ga dus ook eens na welke ontluikende talenten jij bij je kind ziet, waarvan je ‘m gunt dat ie die nog meer gaat inzetten.


stap 4: complimenten geven zonder de hele tijd te zeggen dat ie zo slim is

Kinderen die bovengemiddeld slim zijn krijgen vaak te horen dat ze oh zo slim zijn. Wat de valkuil daarvan is, is dat het een compliment is vanuit een fixed minset én van buitenaf. Jij oordeelt eigenlijk over je kind. Wat beter werkt: je gaat je kind bewust maken van wat ie allemaal al goed kan door complimenten te geven waarin de kwaliteit verpakt zit. Je zult zien dat je kind – wellicht na wat verrassing en glunderen – met het compliment instemt. En het daarmee van zichzelf maakt, zodat het zelfvertrouwen voortaan van binnenuit komt. Ik wil je uitdagen om tijdens elke fase van het bakken één kwaliteit van je kind verpakt in een compliment te benoemen. Je zult zien hoe je kind groeit. 


Voorbeeldcomplimenten

Om het voor jezelf wat afwisselender én uitdagender te maken zet ik hieronder varianten op een rij voor een super slim kind dat niet zo vlot doorwerkt, maar eerst alles eens goed overdenkt. Het basiscompliment: “Goh jij bent echt iemand die goed nadenkt voordat ie iets doet!”. 

  • Wist je al van jezelf dat je zo goed kan nadenken voordat je doet? [antwoord: ja! “Nou mooi!”. Antwoord: nee! “Nou dan weet je het nu!”]
  • Hoe lukt het jou om zo goed na te denken voordat je doet?[antwoord: weet ik niet. “Nou maar je doet het wel mooi even”]
  • Dat zie ik niet zoveel, kinderen die zo goed nadenken voordat ze doen!
  • Dat kan niet iedereen zo goed nadenken voordat ze doen!

Veel plezier met je slimme kind, zet je kwaliteiten-detective-modus aan en ik voorspel een trotse negenjarige!